Er is een verschil tussen ervaren (met andere woorden: Jouw hersenen interpreteren de door jou waargenomen werkelijkheid) en iets dat objectief (dus minimaal via consensus verifieerbaar, maar het liefst herhaalbaar en testbaar) bestaat.
Telepathie is het zenden en ontvangen van gedachten, die het gevolg zijn van electrochemische processen in je hersenen. Dit is bewezen niet mogelijk omdat je noch meer energie kunt opwekken dan er is in je hersenen, noch een entangled state tussen fysieke materie kunt genereren die zich in verschillende hersenen dus verschillende waarnemers bevindt.
Telekinese is niet mogelijk omdat de kracht van de menselijke hersenen DENKEN is. Om denken in uitvoeren om te zetten hebben we een medium nodig dat voldoende impact kan hebben in het systeem om ons heen. Ons lichaam is daar de directe optie voor, maar we kunnen ook tussenliggende media gebruiken, zoals lucht, water of een ander object. We moeten echter nog altijd eerst zelf fysieke kinetische energie overbrengen om een ander object of zelfs onzelf te laten bewegen. Al helemaal als het tegen de potentiele energie en daarmee de natuurwetten in gaat.
Helderziendheid is een geniepige, want iemand die heel intuitief is, dus voelt welke patronen in zijn/haar omgeving van invloed zijn op gebeurtenissen kan de schijn geven van ‘precognitie’ (van te voren weten wat er gaat gebeuren). Echter kan iedereen op bepaalde manieren voorzien wat er gaat gebeuren. Daarom vinden zoveel mensen horror-films leuk. Ze weten eigenlijk wat er gaat gebeuren, maar schrikken toch als er iets gebeurt. Die onzekerheid bij zekerheid geeft ze een goed gevoel. Echter, bij het oversteken van de straat kunnen we ‘voorspellen’ hoe snel een auto of fiets bij ons is. Dat is ons inzicht in gevolgtrekking. Het is echter niet mogelijk om zonder inzicht in voldoende patronen te zeggen: Die persoon (die ik wel of niet ken), in een totaal ongerelateerde omgeving gaat iets gebeuren. Mensen die achteraf zeggen: Ja ik had toen en toen een raar gevoel, hebben geen helderziendheid aangetoond, maar één van de volgende fenomenen meegemaakt: 1. Het moment dat ze het feit op afstand te horen kregen, probeerden ze zich te herinneren wat zij op dat moment deden. Ons geheugen is goed in het toevoegen van emotionele waarde met terugwerkende kracht (Dejavu). 2. De persoon voelt zich schuldig en vindt dat hij/zij dit van te voren had moeten weten, want ‘we zijn zulke goede vrienden’ (of enig ander ‘godcomplex’). 3. Toevallig voelde de persoon zich ongemakkelijk toen hij/zij aan de ander dacht, en na het horen van het nieuws schakelt hij/zij dit gevoel in tijd gelijk in zijn/haar herinnering. 4. Gewoon toeval. 5. De persoon kent de ander zo goed, dat hij/zij al signalen opving van gedrag die konden duiden op een situatie zoals deze zich uiteindelijk heeft voorgedaan.
Geesten zijn de makkelijkste van allemaal. Dit komt voort uit de wens van de mens om nooit te sterven. De ‘ziel’ is het gevolg van de fantoompijn die mensen voelen als een geliefde of bekende die veel in de routines van een persoon betekende. Je kunt dus zeggen dat de ‘ziel’ het gat is dat de ander achterlaat in iemands leven. Geesten zijn het gevolg van zowel misinterpretatie van signalen. Huilen van de wind, ritselen in een donkere kamer. Geesten ansig kunnen niet bestaan, omdat ze een probleem zouden zijn voor de realiteit. Niet voor de wetenschap, maar gewoon voor onze realiteit. Net als goden. Ze worden bedacht te bestaan en zichtbaar te zijn. We weten dat dingen die zichtbaar zijn, dit zijn omdat er licht van een object weerkaatst wordt naar onze ogen. Zonder dat, kun je iets niet zien. Daaruit vloeit dan voort dat een object dat iets weerkaatst fysiek is en dus energie verbruikt om te bestaan in een configuratie. Er is in alle tijd dat er geen, maar ook toen er wel camera’s en andere sensoren werden ontwikkeld, nog geen enkele aanwijzing of indicatie richting het bestaan van spoken, geesten of goden geweest. We kunnen inmiddels terugkijken tot nabij het begin van het universum, we kunnen zwaartekrachtgolven waarnemen (dingen die nog nooit iemand had gezien, maar die we wel konden berekenen uit ons begrip van de werkelijkheid), maar op de een of andere manier lukt het maar niet om dingen die een enkeling ‘ervaren’ heeft, objectief waar te nemen. Daaruit komen we dan op de simpele uitkomst: Het is een subjectieve ervaring en ligt binnen de mens zelf. Daarmee is de ervaring niet vervallen, maar de interpretatie van de ervaring wel. Die is daarmee persoonlijk geworden en heeft dus een andere oorzaak dan ‘iets bestaat’.
Er zijn dus geen mensen die ‘paranormale ervaringen’ hebben. Er zijn mensen die ervaringen hebben gehad waar ze geen normale verklaring voor hebben. Maar dat is het met ervaringen, zolang ze slechts meetbaar zijn in je fantasie, is er dus weinig werkelijks aan.